Yakherders en grasvlakten

Posted 2007-06-25 14:02 by

Even na aankomst op het vliegveld van Lanzhou, ontmoeten we onze chaufeur, Kashi. Met de Chinese variant van een 4WD (daarover later meer), merk Great Wall, gaan we op pad voor de 6 uur richting Xiahe. Uiteindelijk is het een half uur minder. Waarschijnlijk komt dat door de nieuw aangelegde tolwegen die we voor het grootste eerste gedeelte van de tocht nemen.

In het vorige stukje roemde ik al het claxon gebruik van de gemiddelde Chinese bestuurder. Kashi is hier op geen uitzondering, maar hier op het platte land is het geen overbodige luxe. Alles en iedereen maakt gebruik van de weg. Voetgangers (volwassen en kind), vee, fietsen, brommers, motoren; zonder dat ze ook maar de indruk geven op te letten op het overige verkeer. En uiteraard is een trottoir een volledig onbekend begrip.

Xiahe ligt op zo’n 2.800 meter hoogte en is eigenlijk niet meer dan een lange straat met her en der een zijstraatje. Bijna aan het eind van de weg vlak voor het klooster ligt het hotel. Je merkt direct het verschil met Beijing; sobere kamer, slecht passende ramen, een badkamer die een opknapbeurt kan gebruiken en het onvermijdelijke water met ‘een luchtje’. Warm water is er van 7 tot 9 ‘s morgens en 6 tot 8 ‘s avonds.

Het is al etenstijd, dus op aanraden van de Lonely Planet bezorgen we ons een eenvoudig doch voedzaam maal ;-) in het Snowy Mountain cafe. Het gebrek aan Engelse taalvaardigheid bij de bediening kan worden opgelost met een telefoontje naar de baas, maar daar hoeven we geen gebruik van te maken.

Aangezien het hotel aan de hoofdstraat ligt en onze kamer ook aan die kant is, kunnen we al vanaf een uur of 6 meegenieten van de kakafonie aan geluid die door iedereen geproduceerd wordt. Deze dag is vrij te besteden en gebruiken we voor een bezoek aan het plaatselijke klooster.

Labrang klooster
Dit is het grootste Tibetaanse klooster buiten Tibet en dateert van 1709. Er wonen ongeveer 2000 monnikken, die verdeeld over 6 faculteiten zich verdiepen in de Tibetaanse leer, medicijnen etc.
We bezoeken een aantal tempels met allerlei verschillende Boedha’s. Van binnen zijn die allemaal beschilderd met op draken lijkende figuren die de Boedha’s dan weer beschermen. Hier en daar staan ook foto’s van monnikken waarvan men denkt dat ze de zoveelste reincarnatie van Boedha zijn.

DSCN5565

De monnikken hier behoren tot de ‘Yellow head’ sect. Daarnaast zijn er nog een zwarte, rode en blauwe stroming binnen het Boedhisme. Zittend op een pleintje van een van de tempels, zien we vanuit alle richtingen de monnikken aankomen voor het ochtend gebed. De meeste gaan eerst zitten op de trappen van de tempel en beginnen met het zingen van lideren. Als dan boven op de tempel twee monnikken met hoorngeschal het begin van de ceremonie aankondigen, stromen de monnikken blootvoets vliegensvlug de tempel in. Even later mogen wij door de zij-ingang ook naar binnen om het hele gebeuren gade te slaan. Indrukwekkend!

De rest van de dag gebruiken we om rustige te aclimatiseren en te wennen aan de grote hoogte.

Slapen in een Yurt
De volgende dag vertrekken we rond 10 uur met de 4WD (en dus Kashi) en gids Danny naar de nog hoger liggende grasvlakte. Het heeft ‘s nachts flink geregend (een terugkerend verschijnsel op deze reis :-( ) dus de gravel wegen zijn in een modderpoel veranderd. Halverwege moeten we zelfs uitstappen om dat Kashi het niet vertrouwd om met ons in de auto een afdalende bocht te nemen. Het verwondert ons wel even, maar als we een paar minuten later een bus zien scharen die dezelfde bocht naar boven neemt, dan vinden we het niet erg om die 100m zelf te lopen.

Nadat we een oude nederzetting hebben bekeken (met een tweeduizend jaar oude lemen stadsmuur, en heel veel armoede) komen we op de plek aan waar we vanacht zullen overnachten in een Yurt. We hebben de keus, of een kleine tent (stahoogte, maar zonder binnentent en zeker 10cm lucht tussen het doek en de grond), of een ‘glazen tent’. Omdat de weersvoorspelling niet veel goeds belooft, kiezen we voor het tuinhuisje. Ergens zijn we wel verbaasd, maar ok. We maken een mooie wandeling naar de naburige heuveltop en hebben vandaar uit een prachtig uitzicht over de vallei. Tegen de avond begint het harder te regenen en Kashi kijkt bedrukt. Hij vreest dat we morgen met de auto de vallei niet meer uitkomen door de modder op de weg. We besluiten dan ook het advies te volgen, en we pakken onze spullen weer in om naar een andere (wat meer toeristische) plek te gaan om daar de nacht door te brengen.

Daar aangekomen kunnen we aanschuiven bij een groep Chinese studenten op een uitje en wordt het een gezellige avond met veel zang (wij hoeven gelukkig niet mee te doen ;-0).

De nacht in de yurt is geen onverdeeld succes. Het is die nacht afgekoeld tot aan het vriespunt en de tegenelkaar aangeschoven stoelen maken toch niet dat brede en comfortabele bed wat je eigelijk hoopt. Martin is dan ook rond half zes klaar met slapen en gaat buiten genieten van het begin van de stervenskoude dag (gelukkig krijgt hij een uur later een extra jas van de beheerder) en Judith is eigelijk ook klaar met slapen, maar nu Martin weg is heeft ze eindelijk de ruimte en onder de deken is het toch warmer dan er buiten.

DSCN5555

Om 10 uur worden we weer opgehaald en zijn we even later in het hotel, waar we na een ontbijtje onder de wol kruipen om bij te komen en op te warmen. Slapen in een Yurt, een ware belevenis!

Langmusi, Songpan en Chandu
Omdat dit verhaaltje nu al echt lang begint te worden, gaan we even met zevenmijls laarzen door het volgen de stuk heen.

Na Xiahe gaan we weer met onze Kashi, maar nu met een andere gids, Tashi genaamd, op pad. Onderweg maken we kennis met een jong Nomaden echtpaar (daar gaan we maar even vanuit) en drinken we met hen Yak melk en tsampe (een deeg van meel, yakboter, wat kruiden en een beetje yakmelk). Tot onze verbazing smaakt het ons eigenlijk best goed. We genieten van de omgeving, deze is prachtig met groene heuvels, weidse uitzichten, veel schapen en heel veel yaks. We zien zelfs de beschermde zwart-hoofd vogel, deze heeft dezelfde status als de panda.

Langmusi is een kleine plaats op ruim 3000 meter hoogte en is omgeven door bergen. Niet voor niets wordt het gebied hier Klein Zwitserland genoemd. Een werkelijk prachtig gezicht. De hoteleigenaar belooft ons de prachtigste ochtendgloren die we ooit zullen zien. En omdat het weer niet mee werkt zullen we het nooit weten. Wederom hebben we tijdens onze zomervakantie sneeuw. Niet veel, maar toch. Helaas is de temperatuur navenant, en is het dus heel koud. Ook hier maken we een uitstapje naar het klooster. Eigenlijk twee. Langmusi ligt namelijk op de grens van twee provincies en dus heeft elke provincie recht op een stukje klooster.

Onderweg naar Songpan komt de ware aard van onze 4WD boiven. Vanwege de asfalteringswerkzaamheden (natuurlijk de hele weg in een keer, ipv weghelft voor weghelft) besluit menig 4WD bestuurder de blokkade te omzeilen door door het grasland te rijden. Met een echte 4WD lukt dat met een beetje glibberen, maar wij blijven toch echt steken in een greppel. Onze 4WD blijkt toch echt een 2WD. Met vereende krachten en het betere duw-en-trek-werk krijgen we de auto los. Een kleine smet op het blazoen van onze Kashi, maar we nemen het hem niet kwalijk.

Aangekomen in Songpan, veroorzaken we een ware revolutie door te opteren voor een leuker en goedkoper hotel dan men voor ons geboekt heeft (dit vanwege een suggestie van een NL stel dat we in Langmusi hebben ontmoet). Na veel heen en weer gebel tussen onze gids, zijn baas en de bazen van de bazen van de ‘hele belangrijke’ managers van het hotel, zitten we toch in het hotel dat we graag willen. We houden onze gids maar voor dat elke ervaring een goede ervaring is. Zo ook deze, die in zijn ogen toch duidelijk heeft gemaakt dat hij een hele slechte gids is geweest. Gelukkig weten we hem toch van het tegendeel te overtuigen.

DSCN5846

In Songpan bezoeken we, naast het stadje zelf, nog een mooi natuurpark erkent door de UNESCO. In het park maak je een aardige klim en dat merken we op 3500 meter hoogte. Maar het resultaat is mooi. Samen met ettelijke duizenden Chinezen kunnen we het mooie 5 kleurige meer bewonderen.

Na Songpan rijden we door naar Chendu, waar we afscheid nemen van Tashi en Kashi en tot rust komen in een stadse omgeving en in de plaatselijke club.

Vanuit Chendu nemen we vervolgens het vliegtuig naar Lijiang.

De foto’s van dit deel van de reis vind je hier.

Comments

  Textile help
Around2Seas

External Links

RSS Feeds

Search This Site